Onderwijs

Maatschappelijk effect

In het programma Onderwijs werken we samen met schoolbesturen, kinderopvangaanbieders, instellingen en ouders aan goede opvang- en onderwijsvoorzieningen in de stad. Ieder heeft daarbij zijn eigen taken en verantwoordelijkheden, maar samen voelen we ons verantwoordelijk om jonge mensen optimale ontwikkelingskansen te bieden, zodat alle jongeren het onderwijs verlaten met en diploma en iedereen goed voorbereid de arbeidsmarkt kan betreden.

Wat Doen We

Wij werken in de stad samen met ouders, schoolbesturen en instellingen aan goede opvang- en onderwijsvoorzieningen in de stad, die de ontplooiing en talentontwikkeling van Nijmeegse kinderen bevorderen binnen een verbindende schoolcultuur. Dat vraagt om een divers aanbod van voorschoolse voorzieningen, de ontwikkeling van brede scholen, educatief aanbod voor kinderen met lage startkansen, goede afspraken over de zorgstructuur op en rondom scholen, het voorkomen van voortijdig schoolverlaten en kwalitatief goede schoolgebouwen. Hieronder wordt op al deze onderdelen onze inzet kort beschreven.

We willen dat de jongste kinderen van kwalitatief goede en veilige voorschoolse voorzieningen gebruik kunnen maken, die minimaal voldoen aan de wettelijke eisen. Dit aanbod van voorschoolse voorzieningen moet toegankelijk zijn en voldoende divers. We vinden het belangrijk dat jonge kinderen met lage startkansen extra educatief aanbod krijgen zodat ze voldoende toegerust zijn om een goede start te kunnen maken op de basisschool.

We streven als gemeente (onder andere met de facilitering van het centraal aanmeldpunt) naar gemengde en brede basisscholen voor kinderen van 0-12 jaar, waar het schoolse en buitenschoolse aanbod (op het gebied van cultuur, sport, opvoedingsondersteuning en zorg) maximaal aansluit bij de behoeften en talenten van de kinderen en hun ouders. Het uitgangspunt is daarbij gelijke kansen voor alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs. We ondersteunen leerlingen met leerachterstanden en investeren samen met het onderwijsveld in de zorgstructuur op en rondom school: iedereen krijgt de ondersteuning die hij/zij nodig heeft. Ouders spelen daarbij een belangrijke rol. We hechten veel belang aan doorgaande ontwikkel- en zorglijnen met soepele overdrachten en overgangen.

Met de schoolbesturen voortgezet onderwijs en ROC bestrijden we schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten zoveel mogelijk. We handhaven de leerplicht en hebben zorg voor risicoleerlingen en overbelaste leerlingen. Jongeren zonder startkwalificatie sporen we in samenwerking met het onderwijs op en plaatsen we zoveel mogelijk terug in het reguliere onderwijs. Op deze manier behalen zij alsnog een diploma en zo mogelijk een startkwalificatie (diploma HAVO of MBO niveau 2). In het VO en MBO wordt aandacht besteedt aan studie- en beroepskeuze door goede informatie en door leerlingen/studenten de mogelijkheid te bieden om in de praktijk ervaring op te doen.

Om het bovenstaande te bereiken faciliteren we voldoende basisvoorzieningen, zoals adequate en kwalitatief goede schoolgebouwen en leerlingenvervoer. Wij hechten belang aan schoolgebouwen met een menselijke maat, een evenwichtige spreiding over de stad en passend bij de demografische ontwikkelingen in stad en regio.

Volwassenen met een laag opleidingsniveau krijgen de mogelijkheid om alsnog een diploma te behalen in het volwassenenonderwijs. Hierbij ligt het accent op het versterken van de taalvaardigheid en het bestrijden van laaggeletterdheid.

Indicatoren

IndicatorenRealisatie 2013Doel 20142015201620172018
  1. % VVE-geindiceerde 2/3 jarigen dat deelneemt aan peuterarrangement en kinderdagverblijf
*90%95%100%100%100%
  1. Aantal brede scholen
151825252525
  1. % leerlingen naar dichtbije basisschool
69%72%74%76%78%80%
  1. % gerealiseerde nieuwbouwscholen die zijn gedoordecentraliseerd
7,9%19,2%22,7%25,8%26,9%
  1. % uitbreidingen/renovatie
7,5%10,1%19,1%25,4%25,4%
  1. % VSVers VO Onderbouw
0,1%1,0%1,0%1,0%1,0%1,0%
  1. % VSVers Vmbo bovenbouw
2,4%4,0%4,0%4,0%4,0%4,0%
  1. % VSVers havo/vwo bovenbouw
0,6%0,5%0,5%0,5%0,5%0,5%
  1. % VSVersMbo niveau 1
49,4%22,5%22,5%22,5%22,5%22,5%
  1. % VSVers Mbo niveau 2
16,9%10,5%10,0%10,0%10,0%10,0%
  1. % VSVers Mbo niveau ¾
7,0%2,75%2,75%2,75%2,75%2,75%

Toelichting indicatoren

  1. We streven naar een groot bereik van 2- en 3-jarigen met een voorschoolse voorziening. Om de toegankelijkheid te borgen, hebben we sinds 2013 de peutertoeslag en subsidiëren wij de VVE-locaties. Tevens zetten we de GGD (consultatiebureau) in die ouders stimuleert tot deelname, waarbij de nadruk ligt op kinderen met een VVE indicatie.
    * Het VVE-indiceren van 2/3 jarigen is in 2014 gestart, waardoor de realisatie van 2013 niet ingevuld kan worden.
  2. Conform de door de raad vastgestelde Kadernotitie doorontwikkeling Brede Scholen 2009 wordt fasegewijs het aantal brede scholen uitgebreid. Per 1 augustus 2013 zijn alle 12 Open Wijkscholen, bestaande uit 14 scholen, officieel Brede Scholen. In het huidige beleid is het streven dat er uiterlijk juni 2015 nog elf andere scholen Brede Scholen zijn.
    We gaan in gesprek met de schoolbesturen over de mogelijkheden die Integrale Kindcentra (IKC) kunnen bieden en komen zo nodig met een voorstel voor beleidswijziging.
  3. Kinderen in de eigen wijk naar school: we streven ernaar dat kinderen naar een school gaan die dichtbij huis ligt. De stijging van 2% per jaar tot 80% is vastgesteld door de raad.
  4. (Vervangende) nieuwbouw berekend op basis van m2 BVO in % (cumulatief) in vergelijking met de start van de doordecentralisatie in 2008. Het uiteindelijke ambitieniveau is 70% in 2048.
  5. Uitbreidingen/renovaties berekend op basis van m2 BVO in % (cumulatief) in vergelijking met de start van de doordecentralisatie in 2008. Het uiteindelijke ambitieniveau is 30 % in 2048.
  6. t/m 12. In het convenant voortijdig schoolverlaten met het Rijk zijn afspraken gemaakt en normen vastgelegd, op basis van de landelijke meetsystematiek waarbij onderscheid gemaakt wordt per sector en opleidingsniveau voor het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters. Hierboven hebben wij de normen voor stad Nijmegen opgenomen. Het gaat om relatieve cijfers: voor de onderbouw VO bijvoorbeeld geldt dat de norm is dat er maximaal 1% nieuwe voortijdig schoolverlaters zijn in schooljaar 2014/2015 (begrotingsjaar 2015). De vsv-cijfers over schooljaar 2013/2014 (begrotingsjaar 2014) worden bekend in de loop van schooljaar 2014/2015.

Wat gaan we anders doen

Bedragen * € 1.000,-2015201620172018
Aanpassing onderzoeksopdracht programma Onderwijs200200200200
Totaal 200 200 200 200

Onderzoeksopdracht Perspectiefnota 2014

De financiële taakstelling van de onderzoeksopdracht Onderwijs en Ondersteuning Jeugd is om € 3,5 miljoen te bezuinigen in 2017 (oorspronkelijke opdracht € 3,6 miljoen -/- € 0,1 miljoen bijstelling Jeugd coalitieakkoord 2014). Hiervan is naast € 0,3 miljoen op het programma Zorg & Welzijn vanaf 2017, vanaf 2015 € 3,2 miljoen verwerkt in het programma Onderwijs, inclusief de korting van € 3 miljoen op het gemeentefonds per 1 januari 2015 in verband met de door het Rijk veronderstelde onderbesteding van huisvestingsmiddelen. Wij verlagen in deze begroting de onderzoeksopdracht structureel met € 0,2 miljoen, doordat we een taakmutatie onderwijshuisvesting uit de meicirculaire 2014 verwerken.

In 2014 zijn alle 35 deelproducten die onderdeel uitmaken van de onderzoeksopdracht in beeld gebracht en getoetst op inhoud, rollen en verantwoordelijkheden. Dit heeft geleid tot verschillende keuzemogelijkheden om functies effectiever te benutten en zo efficiënt mogelijk in te richten. Hierover zijn gesprekken gevoerd met de onderwijsbestuurders. Het ziet er naar uit, dat we voor de korte termijn met de schoolbesturen tot overeenstemming zullen komen met een perspectief voor de langere termijn. Hierbij is functiebehoud het gezamenlijke uitgangspunt en streven van gemeente en onderwijs. Dit functiebehoud willen wij realiseren doordat enerzijds onderwijsbesturen bereid zijn om deze functies deels vanuit hun eigen lumpsum te financieren en anderzijds gezocht wordt naar slimme combinaties van nieuwe taken en middelen (te weten de invoering van passend onderwijs en de transitie van de Jeugdzorg en AWBZ).

TODO: Navigatie

Wat gaat het kosten

OnderwijsRekening Begroot
Bedragen * 1.000.000201320142015201620172018
Financiële Lasten per product
Bestrijden voortijdig schoolverlaten2,73,12,72,52,52,5
Stimuleren ontwikkelingskansen12,613,910,610,410,410,4
Zorgplicht onderwijshuisvesting18,518,515,915,916,016,5
Totaal Lasten Programma33,835,429,228,828,929,4
Financiële Baten per product
Bestrijden voortijdig schoolverlaten1,41,11,11,11,11,1
Stimuleren ontwikkelingskansen4,35,12,22,02,02,0
Zorgplicht onderwijshuisvesting0,10,10,10,10,10,1
Totaal Baten Programma5,86,33,53,33,33,3
Totaal programma-28,1-29,1-25,7-25,6-25,6-26,1

Financiële toelichting

De totale begrote lasten binnen het programma Onderwijs zijn in 2015 € 35,4 miljoen. De totale baten zijn € 6,3 miljoen, waardoor een saldo ontstaat van € 29,1 miljoen. Het grootste deel van het beschikbare budget wordt ingezet voor de doelstellingen/producten Stimuleren ontwikkelingskansen (36% van het budget = € 10,6 miljoen) en Zorgplicht onderwijshuisvesting (54% = € 15,9 miljoen). Voor Voortijdig schoolverlaten is de resterende 9% (= € 2,7 miljoen) van het budget beschikbaar.

Het begrotingssaldo (lasten min baten) van het programma Onderwijs daalt met € 3,4 miljoen van € 29,1 miljoen in 2014 naar € 25,7 miljoen in 2015, voornamelijk als gevolg van de gerealiseerde bezuinigingen en de lopende onderzoeksopdracht Onderwijs en Ondersteuning jeugd uit de Perspectiefnota 2014.

Vanaf 2016 is in meerjarig perspectief geen sprake van substantiële ontwikkelingen in het begrotingssaldo, met uitzondering van de toename van de lasten in 2018 met € 0,5 miljoen. Dit is vooral het gevolg van de toename van de begrote kapitaallasten met betrekking tot de investering van de brede school in Groot Oosterhout